Methodologie

 

Een emissiefactor moet altijd zo relevant en zo specifiek mogelijk gekozen worden. Dit wil zeggen dat hij zo goed mogelijk aansluit bij de gekozen activiteit waarvoor emissies worden berekend, en zo goed mogelijk aansluit bij de locatie en periode waarvoor hij van toepassing is. Kies bijvoorbeeld de specifieke emissiefactor voor 95 brandstof ipv. benzine in het algemeen. Als een emissiefactor voor België beschikbaar is, verkies dan deze emissiefactor boven een emissiefactor voor Europa. Bovendien kan je er best voor zorgen dat je de emissiefactor gebruikt van het jaar waarvoor de emissies berekend worden. Voor emissiefactoren die niet veranderen in de tijd door fysisch veranderende factoren gebruik je best altijd de meest recente emissiefactor, omdat we hier uitgaan van voortschrijdend inzicht en de meest recente emissiefactor dus meestal de meest correcte is.

Het is methodologisch mogelijk om een emissiefactor te gebruiken op een hoger niveau van granulariteit, bv. een gemiddelde van Europa gebruiken voor België, maar niet om die van een willekeurig andere locatie te gebruiken zonder dat er een fysisch relevante reden voor is. Zo is het methodologisch niet correct om in België een emissiefactor te gebruiken van bijvoorbeeld Nederlandse elektriciteit.

Noteer dat een emissiefactor uitgedrukt kan worden in CO2-equivalenten of in CO2. Bij CO2-equivalenten worden andere broeikasgassen meegenomen in de emissiefactor en volgens hun 100-jarig GWP (global warming potential) omgezet naar CO2-equivalenten. In de huidige lijst worden in principe CO2-equivalenten gebruikt tenzij een specifieke bron dit anders doet.

Ook maken we een onderscheid tussen emissiefactoren die de directe uitstoot weergeven, de indirecte of upstream emissies of de totale uitstoot. Directe emissies zijn in principe te wijten aan de verbranding van fossiele brandstoffen. Indirecte emissies zijn te wijten aan het stroomopwaartse proces voor de productie van die brandstoffen (ontginning, raffinage, transport). In dit kader spreekt men wel vaker van de well-to-tank emissies voor de indirect of stroomopwaartse emissies, en gebruikt men tank-to-wheel voor de directe emissies (verbranding van fossiele brandstof) en well-to-wheel voor de totale emissies.

Het is de bedoeling om tot een gedragen set aan emissiefactoren te komen die bruikbaar zijn voor het berekenen van een carbon footprint in België. Omdat het niet altijd mogelijk of wenselijk is om één waarde naar voor te schuiven (zie vorige paragraaf ivm relevantie en specificiteit), hebben we er voor gekozen om verschillende bronnen te vermelden, maar ook een aanbevolen waarde voor te stellen.

 

Beslissingsboom emissiefactoren

 

Een aanbevolen waarde komt in principe tot stand volgens de onderstaande beslissingsboom (die eigenlijk gewoon telkens de vraag stelt of dit de meest relevante en specifieke emissiefactor in de lijst is):

  1. Is dit de meest specifieke waarde uit de lijst voor België van een specifieke betrouwbare bron (= gebruik van primaire data)? Bv. de waarden voor de emissiefactoren voor aardgas van Fluxys zijn de meest specifieke en recente waarden die beschikbaar zijn. => gebruik deze waarde. Anders ga naar 2.
  2. Is er een waarde die gebruikt wordt door een bron met specifieke kennis en betere toegang tot primaire data mbt. deze emissiefactor die niet aanwezig is in de andere emissiefactoren, bijvoorbeeld een sectorfederatie. => gebruik deze emissiefactor. Anders ga naar 3.
  3. Is het een emissiefactor die reeds gebruikt wordt door een overheidsinstantie in België (federaal of door één van de gewesten, bv. de lijst met emissiefactoren van AWAC). => Gebruik deze waarde, tenzij deze waarde minder specifiek is dan een andere bron. Ga naar 4. (Indien verschillende overheden een even specifieke emissiefactor naar voor schuiven, dan worden ze allemaal aanbevolen en moet de gebruiker de EF kiezen van het gewest waarin hij zich bevindt.)
  4. Even specifieke en relevante emissiefactoren beschikbaar binnen verschillende bronnen? Gebruik de emissiefactoren uit co2emissiefactoren.nl (relevant voor de CO2 Prestatieladder). Anders ga naar 5.
  5. Gebruik de emissiefactoren van het Bilan Carbone of het GHG Protocol

Deze beslissingsboom is indicatief. Uiteindelijk zal een panel van experten beslissen welke emissiefactoren in de lijst komen en welke emissiefactoren worden aanbevolen.

Het panel van experten komt in principe één keer per jaar (of 2 keer indien nodig) samen om te beslissen welke emissiefactoren moeten worden opgenomen in de lijst en welke moeten worden aanbevolen.

Indien u interesse heeft om deel te nemen aan het panel van experten, neem dan contact met ons op.

Disclaimer

 

EnergieID en CO2Logic streven ernaar dat alle op deze website informatie zo volledig, juist, begrijpelijk, nauwkeurig en actueel mogelijk is. Ondanks alle voortdurend geleverde inspanningen kunnen we niet garanderen dat de ter beschikking gestelde informatie volledig, juist, nauwkeurig of bijgewerkt is. Als de op (of via) de website verstrekte informatie tekortkomingen vertoont, zullen we de vereiste inspanningen leveren om dat zo snel mogelijk te corrigeren.

EnergieID en CO2Logic wijzen elke aansprakelijkheid af voor de keuzes en de ermee samenhangende gevolgen die de gebruiker van de website maakt op basis van gegevens die deze terugvindt op de website.

De inhoud van de website (hyperlinks inbegrepen) kan steeds zonder aankondiging of kennisgeving aangepast, gewijzigd, aangevuld of verwijderd worden.

Als u onjuistheden vaststelt, kunt u contact opnemen met de beheerder van de website.

EnergieID en CO2Logic spannen zich in om onderbrekingen van technische aard zo veel mogelijk te voorkomen. We kunnen echter niet garanderen dat de website volledig vrij van onderbreking is en niet door andere technische problemen wordt getroffen.